Voor de mensen die een beetje moe zijn van mijn verhalen over heroverwegingen en partijprogramma´s. Vandaag iets heel anders. Rechtspraak en gemeenten. Ja, ook daar heb je als burger af en toe mee te maken.
Als eerste de rechtspraak. Met enige regelmaat hoor je verhalen en opinies dat de kwaliteit van de rechtspraak achteruit gaat. Afgezien van herzieningen in de grote rechtzaken blijft dat allemaal een ver van je bed show. Totdat het opeens concreet wordt en dichtbij komt.
We hebben thuis al enige tijd een geschil lopen op het gebied van consumentenrecht. Verkoper reageert niet op brieven en is niet aangesloten een de geschillencommissie. En zo sta je opeens bij de kantonrechter in Amersfoort. Zo kom je dus nog eens ergens.
Van een rechter mag je verwachten dat hij verstand heeft van recht. Tot nu toe worden die verwachtingen gelukkig helemaal waar gemaakt. Maar het goed waar we een geschil over hebben betreft een zadel, zo´n ding dat je nodig hebt bij paardrijden. En een rechter heeft dus geen verstand van zadels en/of van leer. Dat hoeft ook niet.
Dan wordt een deskundige ingeschakeld. Wij met het zadel naar het noorden van het land, daar komen we aan op een prachtig bedrijf, zie mijn eerdere bericht. De experts kwamen zeer deskundig over. Ik ben er ook van overtuigd dat deze dame dat is, kijk maar naar het prachtige bedrijf dat ze heeft opgebouwd.
Ik was dan ook behoorlijk verbaasd toen het schriftelijk rapport onsamenhangend en vol niet onderbouwde suggesties stond. Onvolledig, onsamenhangend, kortom echt zwaar onvoldoende. Op mijn werk zou ik hier echt geen euro voor betalen en collega’s die dat wel doen aanspreken. Dit soort adviezen zijn echt niet acceptabel.
Maar op dit soort rapportages moet een rechter dus wel gaan oordelen. Geen idee eigenlijk of een rechter een rapport kan terugsturen als onvoldoende. ‘ Doe maar over en schrijf dan wel een duidelijk verhaal’ Feit is wel dat als een rechter op zo’n rammelend verhaal een uitspraak moet bouwen, dit ook de kwaliteit van de rechtspraak aan tast. Ik sprak laatst toevallig iemand die onderzoek doet naar de kwaliteit van de rechtspraak en daar ook kijkt naar inbreng van deskundigen. Deze persoon krijgt er weer een casus bij. Ik ben (helaas!) geadviseerd om nog niets om mijn blog te plaatsen, wellicht na de uitspraak.
Dan over naar de gemeenten. WOZ-waarde en OZB-belasting. Een mooi onderwerp om over te klagen. Daarover genoeg op internet. Daar gaan ik dus niet aan mee doen. Wat mij wel opvalt is dat mijn gemeente bij de WOZ-waardering van mijn huis net altijd binnen het wettelijk vermoeden blijft. Voor mijn woning moet het verschil van mening minimaal gaan over 4% van de waarde, anders hoeft de gemeente mijn bezwaar niet te behandelen. Te toevallig zit de stijging bij mij altijd tussen de 3,5 en 4%.
Dit jaar ga ik het toch proberen. Een beetje geholpen door de omstandigheden. Net voor 1 januari , het meetpunt van de woz-waardering, hebben enkele jongeren getest of de gevel van mijn huis bestand is tegen professioneel vuurwerk. Wat voor vuurwerk het was weet ik niet, maar het antwoord is nee.
Een woning met een gat in de gevel is volgens mij juist minder waard dan meer. Bovendien ligt er een flink pak aan documentatie. Foto’s, schaderapport van de verzekeraar en facturen van de aannemer voor herstel. Genoeg onderbouwing voor een mooi bezwaar.
Toch krijg ik het gevoel dat het wettelijk vermoeden weer afgeschaft moet worden. Ooit ingevoerd om het aantal bezwaarschriften om kleine bedragen te beperken. Nu zie ik dat gemeenten strategisch net binnen de bandbreedte blijven en op die manier burgers belemmeren om bezwaar te maken. Daar is dit nooit voor bedoeld. Afschaffen dus!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten